Na het keuzemoment bij Deedry en Julius hebben alle boeren nog maar twee logees over. En dat pakt bij de een beter uit dan bij de ander. Of niet John?
Mister KFC heeft er eentje zitten die veel ruimte inneemt en eentje die vindt dat die ander veel ruimte inneemt. En ja, dat botst. Zelfs bij zoiets eenvoudigs als een vragenspelletje. John had 36 strookjes met vragen in de beslagkom gedaan, maar bij vraag 3 ging het al hopeloos mis. Degene die veel ruimte inneemt nam nogal de tijd om vraag 3 te beantwoorden en de degene die vindt dat die ander veel ruimte inneemt vond dat die ander daarmee wel erg veel ruimte innam.
Tijd dus voor een gesprekje met John: “John, ik voel geen ruimte.”
Leuk hè John, daten met vrouwen. Was je vergeten zeker, dat het ook zo kan gaan. In je hoofd ging het vast anders. Dan hadden de vrouwen lekker gekookt nadat jij de hele dag tussen de eieren had gezeten en als je ’s avonds de kippenstront van je af gedoucht had, stond het glaasje wit al op je te wachten. Daarna konden jullie lekker op de bank tegen elkaar aan liggen, samen VI kijken. Maar zo werkt het niet in het echte leven, Johnnyboy. Jammer joh.
Bij Roel is er iets minder vuurwerk. Of zoals Simone het mooi verwoordt: het is allemaal nogal tam. Er mag wel wat meer actie in de tent komen. Misschien ook bij Roel een vragenspelletje: ‘Wat vinden jullie de lekkerste groente?’ of: ‘Ben je een beetje goed met de administratie?’
Ik snap die dames helemaal. Als het prakken van de aardappels het hoogtepunt van de dag is, dan duren de dagen lang hoor. Roel vertelde nog dat hij bang was dat de dames weg zouden gaan. Toen dacht ik: breng ze nou niet op een idee, Roel. Simone heeft haar groene muts zelfs al in de koffer gestopt en we zagen dat Karin volgende week gaat vragen wanneer en hoe laat de diepgang precies komt.
Wel sneu voor Roel. Hij weet het natuurlijk ook allemaal niet zo goed. Hij vindt Karin een heel leuke griet en Simone een heel vrolijke griet. Ik zou zeggen: Hans, ehhh Roel, neem zo’n grietje eens vol op de mond in het bloemkolenveld en de ander in de koelcel en kijk dan eens wat er gebeurt. In het slechtste geval geeft zo’n grietje je een knietje in de ballen, maar de tamheid is wel meteen verdwenen.
Bij Jan geen geklaag over tamheid. Wel over een klok die tikt. Dat doen klokken wel vaker natuurlijk, maar op een of andere manier klinkt dat getik in Oost-Groningen veel heftiger dan in Noord-Holland. Toch lieten de dames zich niet kennen en dweilden en poetsten ze alsof het een lieve lust was. Toen Jan binnenkwam was hij zo blij als een kind dat alles van het aanrecht af was en de wc naar bloemetjes rook. Sterker nog: hij was trots en beloonde ze allebei met een ritje op de tractor.
Je zou denken: waarom ga je met z’n drieën in een tractor zitten? Wie doe je daar een plezier mee? Nou, Dorien bijvoorbeeld. Die vond het vet. Zelf twijfel ik altijd of ik als man van ver in de veertig iets ‘vet’ kan vinden. Of ik dan niet te boomer-achtig klink. Maar Dorien zegt het gewoon. Ze vond het vet op de tractor. Ook het schoonmaken van Jans osso vond ze trouwens sick. Met name het dweilen was gers. Dat haar mooie patta’s nat werden was geen enkel probleem.
En Karina? Ja, die vindt het heerlijk bij Jan op de boerderij. Het doet haar denken aan vroeger. Maar het emotioneert haar ook, want hoe moet het dan met haar eigen leven? Ze heeft immers vriendinnen en een lieve zus in Noord-Holland. Moet je dat dan allemaal zomaar opgeven om bij boer Jan in Oost-Groningen aan een met plastic beklede eettafel te gaan zitten? Dat is natuurlijk de vraag.
Omdat ik het overstapje van Jan naar Martijn (of andersom) altijd het meest grappig vind, gaan we nu door met onze rommelkont. Vandaag stond project licht uiteraard weer op de planning, maar er werd ook een kalfje geboren. Voor Martijn precies op het juiste moment, want zo samen met paps op de knietjes in het stro een kalfje ter wereld brengen, dat deed wel wat voor de aantrekkingskracht. De boer in zijn element.
En dus begonnen Ciska en Marleen ineens weer volop te flirten, met plagerige vragen als: ‘Is dat huis daar (wijst op bouwval) ook van jou? Dat is een beetje jouw stijl.’ En: ‘Je streeft wel perfectie na hè?’ Martijn kon er allemaal wel om lachen. Het was immers een goede dag: één kalfje geboren, twee vrouwen op zijn erf die vechten om zijn hart en drie TL-buizen vervangen.
Julius had er nog altijd drie die om zijn hart vochten, dus er moest iemand naar huis. Patricia was de meest logische keuze. Een koe melken bleek toch heel anders dan draaitabellen maken in Excel. Ze zag het gelukkig aankomen. Thuis doet ze snel alle kleren in de was en kruipt ze lekker weer vertrouwd achter de computer. En dus had Julius er nog twee.
De volgende ochtend namen ze allemaal een momentje voor zichzelf. Julius dook de stal in en Kylie ging hardlopen. Ze moet nog even wennen aan het vertrek van Patricia. Eerst ging alles in een treinversnelling en nu is het ineens rustig. Myrthe sloeg (uiteraard) aan het haken. Babyslofjes. Het lijkt mij persoonlijk wat vroeg, maar goed. Misschien doet ze er heel lang over en ik vind het mooi dat ze ervan uitgaat dat zij degene is die met Julius overblijft. Stiekem hoop ik het zelfs.
Bij Deedry zie ik maar twee dingen in mijn aantekeningen staan: Carst-Jan naar huis en Schotse Hooglander eet hooi. Lijkt me prima om het daarbij te laten.
Tot volgende week!